De spelregels bij abnormaal lage inschrijvingen
Een lastig onderwerp in het aanbestedingsrecht is wanneer een inschrijving c.q. geoffreerde prijs voor de levering van een werk, product of dienst als abnormaal laag kan worden gekwalificeerd. Het woord ‘abnormaal’ betekent dat de prijs (ruim) beneden een zeer scherpe prijs ligt. Het gaat om prijzen die lager zijn dan gewoon laag. Een te lage inschrijving zal in de meeste gevallen snel leiden tot vragen bij de aanbestedende dienst en afgewezen inschrijvers over de realiteit en haalbaarheid van de geoffreerde prijzen en dat een juiste uitvoering van de opdracht niet gewaarborgd kan worden.
Wanneer een afgewezen inschrijver of de aanbestedende dienst volhardt in haar standpunt dat de winnende inschrijver een abnormaal lage inschrijving heeft gedaan, is het vervolgens de vraag welke (on)mogelijkheden voor de aanbestedende dienst aanwezig zijn?
Abnormaal lage inschrijvingen
Van een abnormaal lage inschrijving kan sprake zijn indien het gaat om zodanig lage prijzen dat de aanbestedende dienst gegronde redenen of twijfels heeft om te vrezen dat de inschrijver een fout heeft gemaakt of een dumpprijs heeft aangeboden, teneinde letterlijk tegen elke prijs de opdracht te verkrijgen. In dergelijke gevallen ligt het in de rede dat de winnende inschrijver in de uitvoeringsfase (creatieve) pogingen zal ondernemen om zijn ingecalculeerde verlies goed te maken. Aangenomen moet worden dat een inschrijving niet aanvaardbaar is als op voorhand vaststaat dat de inschrijving na gunning van de opdracht aan de inschrijver die de bewuste inschrijving heeft gedaan, aanstonds zal leiden tot toerekenbaar tekortschieten door de inschrijver.
Spelregels in het aanbestedingsrecht
Een aanbestedende dienst heeft een ruime discretionaire bevoegdheid bij de beoordelingen van de inschrijvingen. Dit geldt ook voor de beoordeling of sprake is van een abnormaal lage inschrijving. Een aanbestedende dienst is in beginsel namelijk niet verplicht om abnormaal lage inschrijvingen uit te sluiten of om een nader onderzoek daarnaar in te stellen.
Daarnaast kunnen inschrijvers niet van de aanbestedende dienst eisen dat een nader onderzoek wordt ingesteld naar de samenstelling van de geoffreerde prijzen. De Aanbestedingswet gebiedt aanbestedende diensten om eerst een verificatie uit te voeren, voordat zij een inschrijving als abnormaal laag kunnen kwalificeren. Artikel 2.116 in de Aanbestedingswet is uitsluitend geschreven ter bescherming van de belangen van de aanbestedende dienst en ter bescherming van de belangen van de inschrijver die vermoedelijk een abnormaal lage inschrijving heeft gedaan, opdat een dergelijke inschrijver niet te snel kan worden uitgesloten. Afgewezen inschrijvers bij een aanbestedingsprocedure kunnen dus geen rechten ontlenen aan artikel 2.116 Aanbestedingswet en zich tegen een (voornemen tot) gunning verzetten.
Hoewel de aanbestedende dienst uiteindelijk zelfstandig beslist of de ontvangen verduidelijking afdoende is om het lage prijspeil te verklaren, is de aanbestedende dienst altijd gehouden met de inschrijver in overleg te treden. Dergelijk overleg biedt de aanbestedende dienst tevens de mogelijkheid tot het stellen van vragen en tevens geeft dit constructief overleg de inschrijver de mogelijkheid zijn inschrijving verder te verduidelijken en te verdedigen. Indien de inschrijver onvoldoende aannemelijk heeft kunnen maken dat haar prijs maakbaar is, zal de inschrijving als abnormaal laag worden gekwalificeerd en uitsluiting het gevolg zijn.
Wanneer er onvoldoende aanwijzingen zijn om een inschrijver uit te sluiten vanwege de abnormaal lage prijs is uitsluiting niet toegestaan. Een niet of slecht gemotiveerde uitsluiting van een inschrijving is in strijd met het transparantiebeginsel in het aanbestedingsrecht en de strenge eisen die gelden voor een zorgvuldig besluit van de aanbestedende dienst tot het buiten beschouwing laten van een abnormaal lage inschrijving. Een rauwelijkse afwijzing zonder nadere motivering van de aanbestedende dienst is dus niet toegestaan.
De beoordeling van de vraag wat marktconform is, geschiedt naar haar aard aan de hand van min of meer objectieve gegevens over wat op de betreffende markt binnen bepaalde marges als normale prijs geldt. Dit betekent bijvoorbeeld dat de enkele toetsing aan de begroting van de aanbestedende dienst onvoldoende is om een inschrijving als abnormaal laag uit te sluiten. Een begroting zegt namelijk niets over de vraag wat marktconforme prijzen zijn.
Daarnaast is van belang dat de (gemiddelde) prijzen van alle inschrijvers die hebben deelgenomen bij een aanbestedingsprocedure niet de maatstaf is om te concluderen dat sprake is van een abnormaal lage prijs. Een aanbestedende dienst moet gemotiveerd kenbaar maken wat volgens haar op de betreffende markt, binnen bepaalde marges, een normale prijs voor de opdracht is en op welke gegevens zij dit baseert. Dit blijkt vaak geen makkelijke klus voor aanbestedende diensten. Voorzichtigheid is dan ook geboden.